‘Bint’ Is een van het trio korte werken, die samen met de roman ‘Karakter’ (1938) aan Ferdinand Bordewijk (Amsterdam, 1884 – Den
Haag, 1965) bekendheid heeft gegeven. Zelf
vond hij de roman ‘Noorderlicht’
(1948) zijn beste boek. Simon Vestdijk,
‘de schrijver die sneller schrijft dan God kan lezen’, en Ferdinand Bordewijk zijn de bekendste Nederlandse romanschrijvers uit die tijd.
“In Bint
draait alles om een docent die komt te werken op een school, waar de directeur
Bint zijn leerlingen met harde tucht wil opvoeden tot echte persoonlijkheden.
Dit leidt tot een zelfmoord van een leerling en tot een opstand tegen dit
keiharde regime. Onduidelijk is of het in Bint gaat om een pleidooi voor het
totalitaire systeem of juist om het falen van de menselijke tucht- over die
vraag vliegen de literatuurbeschouwers zich nog steeds in de haren.”, aldus
literatuurgeschiedenis.nl.
F. Bordewijk was
advocaat, een geleerd man, die met ‘Bint’ waarschijnlijk heeft willen
waarschuwen voor het fascisme. In 1934, toen het boek uitkwam, heerste er in
Italië een fascistisch regime onder leiding van Mussolini. Een staatsvorm
waarbij de natie boven het individu wordt gesteld. Dit lijkt op het strenge
antidemocratische regime dat op de school heerst waar Bint directeur is. Er
blijven alleen leerlingen over die in het systeem passen. ‘Bint’ gaat over een dystopie, een onaangename samenleving waarin je niet zou willen leven.
Op het eind heeft zelfs Bint het moeilijk met zijn eigen regels.
Bint is geschreven in de periode van het tijdschrift ‘Forum’,
onder redactie van Menno ter Braak en E. du Perron, waar Bordewijk voor
schreef. Ze propageerde voor de Nieuwe - Zakelijke stijl, de functionele kunst
zonder versiering of emotie, dus zakelijkheid en koelheid. Het Forum stimuleerde
de schrijvers om weer in gewone spreektaal te schrijven, met korte nuchtere
zinnen. Ze wilden dat de schrijvers echt iets te vertellen hadden en kritisch
durfden te zijn. Deze onafhankelijke
kijk van de schrijver op de werkelijkheid zie je in ‘Bint’ terug.
Waarschijnlijk zag Bordewijk ook al het opkomende fascisme in Duitsland, vlak
voor de Tweede Wereldoorlog, waar hij kritisch over durfde te vertellen. Hij
heeft het boek geschreven in korte bondige zinnen, met weinig bijvoeglijke
naamwoorden, waarmee hij de zakelijke inhoud van het boek weerspiegeld en hetgeen
kenmerkend is voor de Nieuwe Zakelijkheid.
Die korte
zinnen vond ik wel prettig lezen, maar hij gebruikt veel aparte woorden in een
vaak vreemde volgorde, waardoor ik niet snel kon lezen. Ik wilde het verhaal
volgen, dus zocht ik steeds naar de optimale betekenis van de zinnetjes. Soms
moest ik gissen, zoals bij de tweede zin al: “De lucht lag laag morsig roetig.”,
waar ik uit opmaak dat het mistig weer was, dus direct een dreigende sfeer.
Deze sfeer
blijft, het is niet moeilijk om voorbeelden te vinden. Op bladzijde 100 staat:
“Het is hortend, verscheurd, oer. Zo moet onze taal wezen. De welsprekendheid
is dood. Wie haar opgraaft pleegt necrofilie, is psychopaat.” en op bladzijde
117 staat bijvoorbeeld: “Het was een wapenrusting. De weke aarde lag veilig
gepantserd onder zijn harnas tegen de stormloop van het zwaarste verkeer. Het
lag schoon grijswit in het land, en was een gids in het donker.”.
Borderwijk creëert
door dit soort zinnen een nachtmerrieachtige, onheilspellende sfeer, ‘Het
kafkaësk’, waar de Duitstalige schrijver Franz Kafka (1883 – 1924) bekend om
staat. Ook Paul van Ostaijen wist die sfeer op te roepen. Mogelijk dat
Borderwijk de naam Keska, de leraar aan wie De Bree onmiddellijk een hekel
heeft, bewust gekozen heeft om die sfeer van Franz Kafka direct te krijgen. Hij
geeft zijn personages vaker vreemde namen, die hun uitgesproken karakters goed
typeren.
De
ondertitel, ‘roman van een zender’, duidt denk ik op de directeur Bint, die zijn
ideeën via de leraren naar de leerlingen zendt. Borderwijk weet door de macht
die Bint gebruikt, het verhaal angstaanjagend te maken. Ik vind het knap dat
hij op zoveel verschillende manieren de ellendige stemming, die op school
heerst, weet te beschrijven. Alleen daarom al vond ik het interessant dit boek
gelezen te hebben.
Bronnen:
Geen opmerkingen:
Een reactie posten